Dorpstraat 5, 6582 AK Heumen
dekenschrijver@sintgeorgiusgilde.nl

De ‘dwaze’ Vrouwe van Heumen

De ‘dwaze’ Vrouwe van Heumen

Amelia Cecilia was de oudste dochter uit een gezin van drie kinderen. Als dochter van Walraad van Steenhuijs en Lucretia Louise van de Noot was zij de erfgenaam van de heerlijkheden die haar vader bezat. Toen haar vader in 1722 overleed erfde zij de bezittingen tot haar dood als ongehuwde vrouw in 1767. De bezittingen gingen toen voor enkele jaren naar haar zus Genoveva Maria, gehuwd met Bernard van Welderen. Die het twee jaar later verkocht aan de stad Nijmegen.

Walraad van Steenhuijs – toegeschreven aan Gerrit Alberts (1663-1757)

Walraad van Steenhuijs

Walraad was geboren als zoon van Ludolf van Steenhuijs en Anna van Randwijck. Hij was heer van Oploo, Heumen, Malden, en Florenstein, en hij was luitenant-generaal van de statenruiterij, gouverneur van Grave, ambtman van Grave en het land van Cuijk. Hij huwde in 1641 met Anna van Randwijck en kregen drie kinderen, Amelica Cecilia, Genoveva Maria, en Walraad. Walraad overleed al jong in 1718.

Er zijn weinig persoonlijke details bekent over deze personen, echter is er in 1745 een getuigschrift van Catharina Sloots en Geertruida Besseling. Catharina was de weduwe van Baltes Crahes, en dit echtpaar waren op 22 oktober 1713 gehuwd in Heumen. Ze vermelden ter verzoeken van de zwager van Amelia, Bernard van Welderen, dat ze al 8 maanden lang op Amelia hebben opgepast, zowel in Nijmegen als op den adellijke Huis Heumen.

Uit het getuigschrift wordt duidelijk dat de Hoog Welgeboren vrouw lijd aan zware melancholie en droefgeestigheid en dat dit allen haar verstand heeft weggenomen waardoor ze verkeerde fantasieën krijgt. Deze fantasieën bevatten waanbeelden dat ze achtervolgd wordt om geëxecuteerd te worden. Ze vroeg haar oppassers meerdere malen om haar een zachte dood te geven. Daarnaast herkent ze haar nabestaanden niet, en verwisselt ze door elkaar. Daarnaast beweert ze dat de Rooms Katholieken eigenaar zijn van de heerlijkheid Heumen en geeft ze haar nabestaanden Geestelijke namen. Toen Predikant Toelaer uit Nijmegen bij haar thuis kwam, dacht ze dat het een Rooms Katholieke priester was en meende dat hij haar ook wilde vervolgen.

Ze bleef dagenlang aan haar bed kleven en met zeer grote moeite konden de oppassers haar enkele keren eruit krijgen. Op een gegeven moment werd het zo erg dat men de vensters van haar slaapkamer vanaf buiten dicht maakte. Aangezien zij zelf ’s avonds stil uit bed was gekomen en zich naar het venster begaf en die probeerde te openen met het voornemen om eruit te springen. De Hoogwelgeboren vrouw beweerde later dat ze dacht dat iemand haar van kant wilde helpen en niet door beulen geëxecuteerd wilde worden.

Dit alles werd op 28 januari 1745 verteld tegenover de richter en schepenen van de heerlijkheid in Huize Heumen. Maar het hielp niet op, zo blijkt uit een volgend getuigschrift van een maand later, waarin wordt vermeld dat het nog erger is geworden. Desondanks bleef Amelica Cecelia Baronesse van Steenhuijs nog tot 1767 leven. Het is niet bekend waar ze aan leed, mogelijk was het een depressie, geestelijke ziekte, of krankzinnigheid.

Tags:

Wordpress Social Share Plugin powered by Ultimatelysocial